leestafel.gif (19957 bytes)

Naar het tante startadres......... Bookmark het in je browser
www.tante.nl 

Het belastingplan van de 21e eeuw!
Direkteur grootaandeelhouder

 

Wat brengt de Belastingherziening voor de DGA?

In de aanmerkelijkbelangregeling verandert niet veel. Twee wijzigingen die wel in het oog springen, zijn de tariefsverhoging en de uitbreiding van de 'meesleepregeling'.

 

Tarief voor inkomen uit een aanmerkelijk belang

Zoals gezegd verandert er volgens het wetsvoorstel niet echt veel voor de aanmerkelijkbelanghouder - eigenaar van meer dan 5% van de aandelen in een vennootschap. De fiscale behandeling van winst uit aanmerkelijk belang was immers per 1 januari 1997 al ingrijpend gewijzigd. Opvallend is echter wel de verhoging van het belastingtarief van 25% naar 30%. De tariefsverhoging, die nauwelijks rechtvaardiging kent, ontmoet nu al veel kritiek. Het gevolg is namelijk dat het gecombineerde tarief over uitgedeelde winsten (dividend) van vennootschapsbelasting en inkomstenbelasting tezamen circa 54% wordt, terwijl het tarief over inkomsten uit arbeid in het nieuwe stelsel maximaal 52% is!

Inmiddels heeft de regering overigens voorzichtig gesuggereerd dat het tarief voor inkomen uit aanmerkelijk belang ook naar 26% zou kunnen worden verhoogd, in plaats van 30%. Dat zou resulteren in een gecombineerde belastingdruk van 52%. Niet hoger dus dan het tarief in box 1.

 

Bekijk uw salaris en pensioen

De gewijzigde belastingtarieven voor salaris, pensioen en inkomen uit aanmerkelijk belang zullen in veel gevallen tot gevolg hebben dat het vanuit fiscaal oogpunt aantrekkelijker wordt om het salaris en de pensioentoezegging te verruimen. Hierbij mogen uiteraard de grenzen van de zakelijkheid niet worden overschreden.

 

De meesleepregeling

Een andere in het oog springende wijziging is de uitbreiding van de zogenoemde meesleepregeling. Op zich zou het bijzonder aantrekkelijk zijn om - bijvoorbeeld - onroerend goed te verhuren aan de BV. De BV trekt immers de huur en de kosten af, terwijl - omdat het pand op zich een belegging is voor de DGA - de huurinkomsten feitelijk niet worden belast. In box 3, waar het pand dan in zou vallen, wordt immers slechts een forfaitaire heffing van 1,2% geheven. De Wet IB 2001 steekt daar nu een stokje voor. In afwijking van het huidige systeem gaan onder het nieuwe systeem ook tot het aanmerkelijk belang behoren:

Het gevolg is bijvoorbeeld dat wanneer onroerend goed in privé wordt gehouden en verhuurd wordt aan een BV waarin de belastingbetaler een aanmerkelijk belang (>5%) heeft, de huur tot het inkomen uit aanmerkelijk belang wordt gerekend. Normaal gesproken zou dat inkomen gelden als inkomen uit vermogen en dus in aanmerking komen voor de vermogensrendementsheffing van 1,2%. De huur wordt nu belast met 30%. Maar de kosten zijn natuurlijk aftrekbaar. In de praktijk blijkt dat veel dga's onroerend goed in privé houden, juist omdat de vermogenswinsten (nu nog) onbelast zijn. In box 2 is dat niet langer het geval. Het verdient aanbeveling om de bestaande situatie te bekijken, en zonodig 'om te bouwen'. Overigens geldt de regeling voor alle goederen die ter beschikking worden gesteld, en dus niet alleen voor onroerend goed.

 

Rente op AB-financiering

Met ingang van 2001 bestaat niet langer de mogelijkheid om de rente op leningen, die zijn aangegaan om een aanmerkelijkbelangpakket te verwerven, tegen het progressieve tarief in aftrek te brengen. Onder bepaalde omstandigheden kan dat nu nog wel. De rente op deze leningen blijft wel aftrekbaar, maar tegen het 30%-tarief van box 2. Om deze reden verdient het wellicht aanbeveling om deze leningen zoveel mogelijk af te lossen, eventueel met behulp van dividenduitkeringen uit de vennootschap. Dergelijke dividenduitkeringen dienen overigens vóór 2001 plaats te vinden om te voorkomen dat zij tegen het verhoogde tarief van 30% worden belast.

 

BV of privé?

Door de wijzigingen in de inkomstenbelasting wordt het fiscale denken van de belegger behoorlijk overhoop gegooid. Dat geldt ook voor de vraag of beleggingen in de BV of in privé moeten worden gehouden. Bij beleggen in de BV moet altijd rekening worden gehouden met de jaarlijks terugkerende heffing van vennootschapsbelasting over de beleggingsresultaten. Anderzijds zijn er de kosten die moeten worden gemaakt wanneer de beleggingsportefeuille uit de BV naar privé wordt overgeheveld. Die kosten worden veroorzaakt door de heffing van vennootschapsbelasting over de 'stille reserves' in de beleggingsportefeuille, die immers meestal in werkelijkheid meer waard is dan op de balans zichtbaar is. Een variant op beleggen in de BV, is het lenen van geld van de BV, waarmee vervolgens in privé wordt belegd. De rente is in dergelijke gevallen in de toekomst in het geheel niet meer aftrekbaar. Er zijn meer varianten denkbaar. Zo kunt u ook overgaan tot de omvorming van een BV tot een fiscale beleggingsinstelling. Dergelijke lichamen betalen onder bepaalde voorwaarden geen vennootschapsbelasting.

Vermijd grote dividenduitkeringen

Indien u in de jaren 2001 t/m 2005 een aanmerkelijk belang in een vennootschap hebt, dient u grote dividenduitkeringen gedurende de eerste drie bezitsjaren te vermijden. Dit kan namelijk leiden tot een extra heffing van vennootschapsbelasting.

 

Kapitaalverzekering bij de eigen BV

De 'meesleepregeling' heeft ook gevolgen voor de kapitaalverzekering die is afgesloten bij de eigen BV. De kapitaalverzekering bij de eigen BV zal voortaan onder het aanmerkelijk belangregime worden geplaatst (box 2). Het inkomen uit de kapitaalverzekering wordt tegen een vast tarief belast. Hoe het inkomen uit een kapitaalverzekering bij de eigen BV moet worden berekend, is nog niet helder: of een jaarlijkse heffing over de waardeaangroei van de polis, of eenmalig op einddatum over het rentebestanddeel in de kapitaalsuitkering.

 

Overgangsregeling voor kapitaalverzekeringen

Voor kapitaalverzekeringen die op 31 december 2000 reeds bestaan, en die op grond van de huidige regels recht zouden hebben op een vrijstelling, wordt een overgangsregeling getroffen. Deze overgangsregeling geldt ook voor de kapitaalverzekering bij de eigen BV. Op grond van de overgangsregeling kunnen uitkeringen uit een kapitaalverzekering bij de eigen BV tot 1 januari 2003 nog steeds belastingvrij ontvangen worden. Bijvoorbeeld een in 1990 gesloten kapitaalverzekering bij de eigen BV met een looptijd van 12 jaar kan op de einddatum in 2002 onbelast worden afgewikkeld. De reeds opgebouwde poliswaarde per 1 januari 2003 blijft ook daarna onbelast, mits de polis regulier wordt afgewikkeld. Bijvoorbeeld: een in december 1991 gesloten 12-jarige kapitaalverzekering met een waarde op 1 januari 2003 van ƒ1.000.000 keert in december 2003 ƒ1.050.000 uit. Belast wordt in 2003 30% over ƒ50.000. Deze heffing zal zelfs achterwege blijven als het parlement alsnog beslist de oude kapitaalverzekeringen van vóór 1992 volledig te eerbiedigen.

Een bijdrage?

FaMmail het dan naar:
Tante@Agneta.nl
Site adres: www.tante.nl

 


© Tante Agneta